• onafhankelijk • onderzoekend • opiniërend •

‘SIM handelt in strijd met eigen Ethisch Drieluik’

Homepage Stichting Inzichts Meditatie

De Stichting Inzichts Meditatie (SIM) handelt in strijd met het eigen Ethisch Drieluik. Zo oordeelt boeddhistisch leraar Guus Went (1952) in zijn essay ‘Geen wijsheid zonder ethiek en concentratie’. Went stelt verder dat de SIM hem en zijn cursisten schaadt. Het bestuur zegde het vertrouwen op in Went, zónder wederhoor. Het verwijderde hem als leraar direct van het webportal Simsara.nl.

In zijn essay ‘Geen wijsheid zonder ethiek en concentratie’ stelt boeddhistisch leraar Guus Went (1952) dat de Stichting Inzichts Meditatie (SIM) in strijd met het eigen Ethisch Drieluik handelt, en hem en zijn cursisten schaadt. De SIM en Went hebben hierover al een jaar een conflict, dit voorjaar schakelden beide partijen advocaten in. Het bestuur van de SIM zegde zomer 2013 het vertrouwen in Went op. Beweringen van twee bestuursleden vormden daartoe de aanleiding, Went kreeg geen wederhoor. Het SIM-bestuur verwijderde hem meteen daarop van het webportal Simsara.nl, en liet Wents gedwongen vertrek bekend maken binnen het eigen vipassana-netwerk. Went verzet zich hiertegen. Hij stelt dat het bestuursbesluit zelf, én het onmiddellijk uitvoeren en wereldkundig maken ervan, onrechtmatig zijn. Hij eiste daarom van de SIM herplaatsing en herstel van reputatieschade.

In zijn essay vraagt Went zich af hoe het door hem binnen de SIM gesignaleerde morele tekort te verklaren valt. Hij duidt de kwestie tegen de achtergrond van de traditioneel door boeddhisten gelegde relatie tussen ethiek (Pali: sila), concentratie (samadhi) en wijsheid (panna).

Het SIM-bestuur handelt volgens Went niet alleen in strijd met de eigen ethische richtlijnen, maar ook onrechtmatig. Via zijn advocaat sommeerde hij SIM-voorzitter Hans Gijsen (1959) schriftelijk te verklaren dat de SIM bereid is hem en zijn activiteiten opnieuw op Simsara.nl te plaatsen (27 maart 2014). Ook eiste hij herstel van reputatieschade.

Het Ethisch Drieluik van de SIM werd op 6 juli 2012 bekend gemaakt. Het voorziet in ethische richtlijnen die door de leraren, het bestuur en organisatoren worden onderschreven, de permanente beschikbaarheid van twee vertrouwenspersonen en de ad hoc beschikbaarheid van een ethische commissie (EC). De vertrouwenspersonen verzorgen ‘de eerste opvang’ van personen ‘die menen slachtoffer te zijn van ongewenst gedrag van leraren of organisatoren van de SIM dan wel van personen die op enigerlei wijze in relatie staan tot de SIM.’ Volgens het drieluik heeft de EC tot taak naar een ‘heldere en compassievolle’ oplossing voor conflicten te zoeken, ‘waarbij gestreefd wordt naar verzoening’. De EC wordt per geval opnieuw samengesteld, als onderdeel van een vaste klachtprocedure.

Volgens Went is de huidige kwestie ‘een direct gevolg van het feit dat het SIM-bestuur de eigen ethische richtlijnen niet naleeft.’ Het Ethisch Drieluik verplicht het bestuur ertoe een formele klacht liefst binnen een maand af te handelen. Het ligt volgens Went voor de hand dat de uitvoering en bekendmaking van een bestreden besluit gedurende die tijd wordt opgeschort.

Het bestuur verwijderde Went echter van Simsara.nl zonder de uitkomst van de eigen klachtprocedure af te wachten. Tegelijk liet het bestuur Wents gedwongen vertrek — buiten diens medeweten — bekend maken binnen een groep van 14 leraren vipassana- of inzichtsmeditatie. Deze staat sinds kort bekend staat als de Mettavihari Heritage Sangha. De imagoschade die daaruit volgt is door toedoen van de SIM is ontstaan, meent Went.

Deze zaak speelt al meer dan een jaar. Onlangs deed Went persoonlijk een beroep op de Mettavihari Heritage Sangha om ‘de bestuurders van de SIM terug bij de les — namelijk het Ethisch Drieluik — te brengen.’ Vergeefs: de 14 vipassana leraren antwoordden dat zij in deze ‘precaire’ en ‘ingewikkelde’ zaak voor zichzelf geen rol zien weggelegd.

Niet boeddhistisch

Volgens de SIM is haar vrijheid om over de plaatsing op Simsara.nl te beslissen absoluut (11 juni 2014). Voorzitter Gijsen meent dat het SIM-bestuur in deze niet onrechtmatig kán handelen (10 april 2014). Went bestrijdt niet dat de SIM vrijheid heeft om leraren al dan niet op Simsara.nl te plaatsen, maar wel dat de vrijheid om eenmaal geplaatste leraren  te verwijderen onbegrensd zou zijn. De SIM probeerde in 2010 vergeefs langs juridische weg de eigendom van het vastgoed van de Nederlandse Buddha-Dhamma Stichting van Dhammawiranatha (Pierre Krul) te verkrijgen. De hiervoor gemaakte advocaat kosten heeft het bestuur tegenover de SIM-donateurs nooit verantwoord.

De SIM stelt dat juridische procedures niet in de boeddhistische traditie passen. Het bestuur waarschuwt Went dat de SIM in dat geval ‘verplicht’ is publiekelijk zijn doopceel te lichten. Dit moet gebeuren via het internet, omdat alleen zo de kosten van rechtsbijstand aan donateurs kunnen worden verantwoord. Eerder onderzocht het SIM-bestuur de kansen van een juridische procedure tegen de Nederlandse Buddha-Dhamma Stichting. Het bestuur schakelde ook daarvoor een advocaat in — díe kosten zijn nooit verantwoord.

Een zo hoogoplopend geschil tussen een boeddhistische leraar en een boeddhistische organisatie is in Nederland zonder precedent. De redactie van • open boeddhisme • reconstrueert het feitelijke verloop van de kwestie. Op basis van documenten, schriftelijke en mondelinge verklaringen, correspondentie en informatie uit openbare bronnen stelt de redactie een feitenrelaas samen.

Enkele rechtstreeks betrokken personen weigeren hieraan mee te werken: SIM-voorzitter Hans Gijsen, SIM-secretaris Mirjam Hartkamp en -bestuurslid Anneke Seelen. Oud-bestuurslid en SIM-advocaat Marco de Boer stelt niets te kunnen zeggen vanwege zijn beroepsgeheim. Ook Henk Barendregt, die als woordvoerder van de Mettavihari Heritage Sangha optreedt, levert geen bijdrage aan het feitenrelaas.

Bestuursvergadering

De helft van het huidige SIM-bestuur heeft de statutair maximaal toegestane bestuurstermijn van zes jaar overschreden: de bestuursleden Sietske Boersma-Aeneae Venema (sinds 1998, overschrijding tien jaar) en Coby van Herk (sinds 1998, overschrijding tien jaar) en penningmeester Jetty Koster-Heynekamp (sinds 2004, overschrijding vier jaar). Drie bestuursleden voldoen wel aan de eis in de statuten: Hans Gijsen, Mirjam Hartkamp en Anneke Seelen.

De geschiedenis begint op 2 juni 2013: dan vergadert het bestuur over beweringen van twee SIM-bestuursleden — Mirjam Hartkamp (1980) en Anneke Seelen (1971) — over Guus Went. Hartkamp en Seelen onderhielden tussen november 2012 en maart 2013 onafhankelijk van elkaar contact met Went: per sms, e-mail en persoonlijk, tijdens een wandeling. Zij willen daarover geen van tweeën vragen beantwoorden. Went wil ‘niet speculeren’ over de kennelijke twijfel die Hartkamp en Seelen over hem uitten.

In zijn essay schrijft hij daarover: ‘Nadat ik SIM-bestuurslid Anneke Seelen twee keer op een bijeenkomst had ontmoet, zijn op mijn initiatief een stuk of wat e-mails uitgewisseld. Volstrekt in de privé sfeer, wederzijds hartelijk en respectvol. Mij is al snel duidelijk dat wij totaal verschillend in het leven staan. Na een wandeling krijgt het contact verder geen vervolg. Met wederzijds goedvinden, zo leek het.’

SIM-bestuurslid Mirjam Hartkamp benaderde Went om samen te werken als trainer. ‘Een kennismakingsafspraak begon zakelijk en sloeg om in vriendschappelijk en hartelijk. Achteraf ontstonden over en weer misverstanden over veronderstelde gevoelens. Ik heb toen meteen gas teruggenomen.’

‘De Veertien’

De 14 door of namens de Thaise monnik Mettavihari († 2007) benoemde leraren treden sinds 1 juli 2014 via de website Vipassana-nederland.nl naar buiten als de Mettavihari Heritage Sangha. ‘De Veertien’ handelen als collectief: ze organiseren en reguleren zichzelf als sangha, onder meer in de Samenvatting Handleiding Leraren Vipassana Meditatie (2010); treden gezamenlijk naar buiten via het internet; hebben hun eigen woordvoerder (Henk Barendregt); worden gezamenlijk vertegenwoordigd in het SIM-bestuur. Deze sangha kent een Raad van Acht. Deze is onder meer verantwoordelijk voor het ‘kwalificeren’ van nieuwe vipassana leraren. De raad kan die kwalificatie ook weer intrekken.

Behalve drie ‘niet-statutaire’ SIM-bestuursleden vergadert op 2 juni ook niet-bestuurder en ‘adviseur’ Paul Boersma (1947) mee. Hij staat niet op de lerarenlijst van de SIM. Boersma is getrouwd met SIM-bestuurslid Sietske Boersma-Aenaea Venema en behoort tot de Raad van Acht die aan het hoofd van de Mettavihari Heritage Sangha staat.

Hoewel maar acht van de 25 leraren op de SIM-lerarenlijst tot de Mettavihari Heritage Sangha behoren genieten deze personen binnen de SIM een status aparte: zij hebben met ‘adviseur’ Boersma hun eigen vertegenwoordiging naar de bestuursvergadering en ze worden afzonderlijk over de besluitvorming binnen het SIM-bestuur geïnformeerd.

Went krijgt van het bestuur geen gelegenheid op de beweringen van Hartkamp en Seelen te reageren. Het trekt meteen vergaande conclusies, buiten zijn medeweten. Het besluit staat van meet af aan vast: het bestuur zegt het vertrouwen in Went op. Enkele dagen later besluit het bestuur per e-mail iedere verwijzing naar Went op het portal Simsara.nl te schrappen. Ook ontneemt het hem de organisatie van een retraite in 2014 van de Duitse monnik U Vivekananda. Gijsen en Boersma moeten Went deze besluiten meedelen.

Onaangekondigd

Gijsen en Boersma confronteren Went tijdens een bestaande, met een ander doel gemaakte afspraak onaangekondigd met de mededeling dat de SIM het vertrouwen in hem opzegt (19 juni 2013). Went hoort Gijsen en Boersma aan, en merkt direct op dat hij dit onderwerp ‘onder protest’ met hen bespreekt.

Hij krijgt op dat moment nog niet te horen welke consequenties de SIM aan het bestuursbesluit verbindt: verwijdering van de lerarenlijst en uit de activiteitenagenda op Simsara.nl. Wel suggereren Gijsen en Boersma dat Went het vertrouwen van het bestuur ‘misschien’ kan herwinnen. Ook bespreken zij de mogelijkheid om een vertrouwenspersoon in te schakelen.

‘s Avonds belt Gijsen Went op, en vertelt hem alsnog dat de SIM zijn naam en activiteiten onmiddellijk van Simsara.nl zal verwijderen. Went antwoordt dat hij in dat geval mogelijk een advocaat zal inschakelen, wegens ‘broodroof’. Ze komen daarop overeen dat dit voornemen hangende het ‘zoeken naar een oplossing’ niet wordt uitgevoerd.

Twee dagen later deelt Went voorzitter Gijsen telefonisch mee dat hij in de bestuursbesluiten van 2 juni en het gesprek van 19 juni aanleiding ziet een klacht in te dienen volgens de door de SIM ingestelde procedure.

Uitvoering bestuursbesluit

Het SIM-bestuur wacht deze klacht niet af en gaat direct over tot uitvoering van het besluit. Wents naam en bezigheden worden van de site Simsara.nl verwijderd. Gijsen rechtvaardigt die handelwijze per e-mail (24 juni 2013). Went heeft volgens hem ‘het contact’ met het bestuur ‘verbroken én er bestaan ‘nog meer redenen’. Gijsen schrijft niet welke redenen dat zijn.

Dezelfde dag informeert Paul Boersma met instemming van het SIM-bestuur ‘De Veertien’. ‘Ik stel jullie ervan op de hoogte dat de SIM vandaag het vertrouwen in Guus Went als Vipassana-leraar heeft opgezegd en zijn activiteiten van de website heeft afgehaald. Dit besluit is door het bestuur genomen na zorgvuldige overweging en op grond van verscheidene redenen. Zelf ben ik als adviseur van het bestuur en als gespreksvoerder met Guus bij deze zaak betrokken geweest. Ik vertrouw erop dat jullie in deze zaak (zoals in alle andere) het juiste spreken in ere zullen houden.’

Boersma maakt niet duidelijk wat die ‘redenen’ zijn en wat zijn eigen aandeel in de besluitvorming inhield. Ook laat hij onvermeld dat geen hoor en wederhoor is toegepast en dat Went het bestuursbesluit onaangekondigd, ‘onder protest’ kreeg meegedeeld. Verder laat Boersma achterwege dat Went de SIM-klachtprocedure volgt.

De slotzin geeft ‘De Veertien’ de vrijheid de zaak met anderen te bespreken. Dat gebeurt ook. Dat het SIM-bestuur het nieuws over zijn gedwongen vertrek op deze wijze laat verspreiden wordt Went pas maanden later duidelijk.

Een boeddhistische lerares die wel op de SIM-lerarenlijst staat maar niet tot ‘De Veertien’ behoort, spreekt hem erop aan tijdens een toevallige ontmoeting op straat (21 september 2013). Henk Barendregt — één van ‘De Veertien’ — is de eerste die Went over het bestaan en de inhoud van Boersma’s e-mail van 24 juni informeert (8 oktober 2013).

Klacht

Went ontvangt deze informatie vlak voor het verschijnen van het Definitief Verslag (10 oktober 2013) van de Ethische Commissie (EC). Het SIM-bestuur stelde die commissie op 29 augustus 2013 in, naar aanleiding van de formele klacht die Went indiende. Zijn klacht telt zeven punten:

  • SIM-voorzitter Gijsen brengt beweringen van twee bestuursleden die geen betrekking hebben op Wents activiteiten als leraar, noch op hun werk als bestuurslid, niet onder Wents aandacht, maar benoemt deze tot ‘klacht’;
  • Gijsen verwijst de bestuursleden Hartkamp en Seelen niet naar een (eventuele) klachtprocedure, maar agendeert de ‘klacht’ binnen het SIM-bestuur;
  • dit bestuur als geheel is verantwoordelijk voor de besluiten die het op deze basis neemt;
  • Gijsen en Boersma delen Went de bestuursbesluiten geheel onvoorbereid mee;
  • de besluiten worden hangende Wents klachtprocedure niet opgeschort, maar uitgevoerd;
  • Wents herhaalde pogingen de zaak uit te praten worden door Gijsen stelselmatig afgewezen;
  • zijn plotselinge verwijdering uit de agenda en lerarenlijst op Simsara.nl bezorgt Went reputatieschade; ook loopt hij inkomsten mis.

Van het versturen van Boersma’s e-mail van 24 juni heeft Went op het moment van indienen van deze klacht dus nog geen weet.

De commissie krijgt van het bestuur opdracht na te gaan ‘of er door het SIM-bestuur op enigerlei wijze onethisch gehandeld is, zonder dit in de sfeer te trekken van goed of slecht, schuld of onschuld, winnen of verliezen, daders en slachtoffers.’

De commissie moet het bestuur adviseren, als hulp ‘bij het zoeken van een oplossing uit de situatie die met Guus ontstaan is.’

Verwevenheid en stigmatisering

Volgens het Ethisch Drieluik doet de SIM bij het samenstellen van een Ethische Commissie (EC) beroep op ‘integere en gerespecteerde bestuurders, leraren en vipassana-beoefenaren.’ Onafhankelijkheid en specifieke deskundigheid worden niet als vereiste genoemd. De op 29 augustus 2013 benoemde leden — Ank Schravendeel (1952), Dingeman Boot (1932) en Anca Ansink (1958) — zijn alle drie afkomstig uit kringen rondom Paul Boersma en het SIM-bestuur. Boot was 13 jaar voorzitter van de SIM, hij vroeg Gijsen als opvolger. Boot en Schravendeel staan zelf op de SIM-lerarenlijst en behoren beiden tot ‘De Veertien’ die al in juni door Boersma werden ingelicht. Ansink is net als Gijsen bestuurslid van de stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland.’ Die stichting probeert een eigen vipassana-centrum te realiseren voor leraren zoals ‘De Veertien’ en leraren op de SIM-lijst.

Op 29 augustus 2013 benoemt het SIM-bestuur Ank Schravendeel tot EC-voorzitter. Dingeman Boot en Anca Ansink worden commissielid. Conform de bestuursopdracht moet Boot zich uitspreken over zijn oude bestuur én zijn gekozen opvolger (Hans Gijsen). Ansink moet oordelen over een mede-bestuurder bij de stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland’ (Hans Gijsen). Schravendeel en Boot — die zelf op de lerarenlijst staan — moeten een oordeel vellen over een SIM-bestuur dat stelt aan niemand verantwoording verschuldigd te zijn voor het wegsturen van leraren. Tot datzelfde bestuur behoort nóg een leraar op de lijst: Coby van Herk (1946). Behalve Sietske Boersma is nóg een bestuurslid getrouwd met een van lid van ‘De Veertien’: Jetty Koster-Heynekamp.

De belangen van de EC-leden, het SIM-bestuur, de leraren op de lijst, ‘De Veertien’, het bestuur van de Stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland’, Hans Gijsen en Paul Boersma zijn nauw met elkaar verweven: persoonlijk, bestuurlijk, institutioneel, financieel en commercieel. In de praktijk vormen deze personen en instellingen één informeel vipassana-netwerk, waarin verschillende (bestuurlijke) rollen, verantwoordelijkheden en belangen nauwelijks te onderscheiden zijn. Personen op sleutelposities zijn vaak op meer dan één manier met elkaar verbonden.

Het risico op stigmatisering en sociale uitsluiting is daardoor groot: nieuws dat zich binnen dit vipassana-netwerk van mond tot mond verspreidt bereikt zo een groot aantal aan elkaar gelieerde Nederlandse boeddhistische organisaties.

Een voorbeeld: op 25 mei 2013 woont Guus Went de formele oprichtingsbijeenkomst van de zogeheten Dhamma Commissie van de Stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland’ bij. Ansink (voorzitter) en Gijsen (secretaris) zijn bestuurslid van die stichting, samen met Joost van den Heuvel Rijnders — één van ‘De Veertien’. Op 13 november 2013 schrijft Gijsen als bestuurslid van Stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland’ dat Went niet welkom is tijdens de volgende vergadering van de Dhamma Commissie (23 november 2013), zolang zijn klacht tegen het SIM-bestuur — die zich deels tegen Gijsens eigen functioneren als voorzitter richt — niet is afgehandeld.

Wijzigen opdracht

Tijdens het eerste overleg wijzigt de EC direct de opdracht van het SIM-bestuur. Om te kunnen nagaan of de handelwijze van Gijsen en zijn bestuur tegenover Went ‘onethisch’ was, vindt de EC het nodig ‘het gedrag van Guus naar Anneke Seelen en Mirjam Hartkamp te betrekken in het onderzoek.’ Het SIM-bestuur legt zich daarbij neer.

Schravendeel stelt Went per e-mail (4 september 2013) op de hoogte van de EC-werkwijze: ‘We hebben ons de volgende opdracht gesteld: 1. onderzoeken of er sprake is van onethisch gedrag van Guus Went naar Mirjam Hartkamp en Anneke Seelen; 2. onderzoeken of het bestuur van de SIM, op basis van vermeend gedrag van Guus Went (zie 1) incorrect heeft gehandeld naar Guus Went.’ De EC voert daarover op 20 en 21 september 2013 gesprekken met Gijsen, Hartkamp, Seelen, Boersma en Went.

In het eindverslag concludeert de EC dat het SIM-bestuur ‘op meerdere punten procedureel onzorgvuldig heeft gehandeld’. Welke punten dat zijn maakt het verslag niet duidelijk. De EC oordeelt niet over de aanwezigheid en inbreng van Paul Boersma tijdens de bestuursvergadering van 2 juni en het gesprek met Went op 19 juni 2013. Boersma’s e-mail aan ‘De Veertien’ wordt niet genoemd. Verder geeft het verslag geen antwoord op de vraag of door het SIM-bestuur ‘op enigerlei wijze onethisch gehandeld is’.

‘Grensoverschrijdend gedrag’ en ‘doofpot’

Het verslag introduceert wel de termen ‘grensoverschrijdend gedrag’ en ‘doofpot’. Volgens de EC zou Guus Went in het contact met Hartkamp en Seelen zijn ‘positie als leraar’ hebben benadrukt door ‘het verbinden van zijn gevoelens voor Anneke respectievelijk Mirjam aan de Dhamma’. Hij zou daarmee ‘grensoverschrijdend gedrag’ hebben vertoond. De EC noemt het ‘moedig’ dat ‘signalen over grensoverschrijdend gedrag van een leraar in het SIM bestuur bespreekbaar zijn gemaakt, en niet in de doofpot zijn gestopt.’ Tegelijk ‘betreurt’ de EC dat Hartkamp, Seelen en Gijsen niet in een ‘eerdere fase’ aan Went hebben duidelijk gemaakt ‘dat zijn gedrag grensoverschrijdend was.’

De woordkeus van de EC is opvallend: zo is ‘niet gebleken’ dat Went ‘inziet dat zijn gedrag grensoverschrijdend is geweest.’ Daarin staat Went niet alleen. Ook Hartkamp, Seelen en Gijsen verwijten Went geen grensoverschrijdend gedrag.

Integendeel: het SIM-bestuur — Hartkamp, Seelen en Gijsen inbegrepen — verklaart zwart op wit dat de term ‘grensoverschrijdend gedrag’ een ‘te beladen term’ is en ‘in het geheel niet’ een passende omschrijving voor ‘voor hetgeen heeft plaatsgevonden’ (17 maart 2014). Het verslag maakt niet duidelijk op welke gronden de EC tot de tegenovergestelde conclusie komt. Op zijn aanbod de gehele correspondentie per sms en e-mail met Hartkamp en Seelen te overleggen (20 september 2013) reageerde de EC volgens Went niet eens.

Verder is opmerkelijk dat de EC met zoveel woorden vaststelt dat ze bij haar werkzaamheden ‘hindernissen’ heeft ervaren ‘om onafhankelijk en op enige afstand van de te onderzoeken kwestie te kunnen opereren.’ Het rapport maakt niet duidelijk wie hiervoor verantwoordelijk zijn. Schravendeel, Boot en Ansink verbinden daaraan echter wel consequenties. De EC geniet volgens hen onvoldoende gezag om in het ‘vervolgtraject’ een ‘centrale rol’ te kunnen vervullen: ‘Aan het toekennen van voldoende autoriteit aan de EC heeft het ontbroken.’

‘Psychisch labiel’

Brigitte van Wijhe (1967) is ingeschreven in het mediator-register van de Mediators Federatie Nederland (MfN). Dit is een samenwerkingsverband van grote landelijke mediators-verenigingen. De MfN registreert mediators en is verantwoordelijk voor het kwaliteitsbeleid voor mediation. Het MfN-register is erkend door de Raad voor de Rechtspraak en de Raad voor Rechtsbijstand. MfN-registermediators zijn gekwalificeerde mediators die voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen en werken onder vastgestelde condities, waaronder reglementen, klachtenregelingen, enzovoorts.

De EC adviseert Went en het SIM-bestuur een ‘professionele mediator van buiten vipassana kring’ in te schakelen. Aan de mediation zou vanwege de ‘continuïteit’ ook moeten worden deelgenomen door een lid ‘van de voormalige EC.’

Die laatste suggestie wordt niet overgenomen. In november 2013 en maart 2014 vinden onder leiding van register-mediator Brigitte van Wijhe drie mediation-gesprekken plaats tussen Guus Went, Hans Gijsen en Sietske Boersma-Aenaea Venema. Na het gesprek van 7 maart 2014 schakelt Went een advocaat in.

Over dat laatste gesprek schrijft hij in zijn essay: ‘In het derde mediation-gesprek met vertegenwoordigers van het SIM-bestuur (maart 2014) melden zij dat het bestuur nog altijd geen vertrouwen heeft in mij. Op mijn vraag hoe ik heb bijgedragen aan dat gebrek aan vertrouwen, komt na rijp beraad het antwoord dat de Ethische Commissie oordeelt dat ik psychisch labiel ben. Wanneer ik opmerk dat dit toch niet is terug te vinden in het eindrapport, is de reactie van het SIM-bestuur dat het de bedoeling was dat dit aan de orde zou komen in de speciaal voorgestelde — door mij geweigerde — mediation gesprekken met Ank Schravendeel, inmiddels ex-voorzitter van de EC.’

Went breekt daarop de mediation-poging af (18 maart 2014): hij vertrouwt er niet op dat mediation tot een voor iedereen vruchtbare oplossing zal leiden. Hij meent zelfs dat de ‘mediation’ ten onrechte als mediation is aangemerkt. Na de uitspraak van de EC ontbrak de noodzaak daartoe, in de mediationovereenkomst is niet eens omschreven welke kwestie het onderwerp is.

Rechtsbijstand

Iedereen in Nederland die rechtsbijstand nodig heeft maar niet kan betalen, heeft recht op een bijdrage in de kosten. Deze ‘gesubsidieerde rechtsbijstand’ wordt geregeld door de Raad voor Rechtsbijstand. De Raad betaalt een deel van de kosten van de advocaat. Dit is afhankelijk van het inkomen. Hoe hoger het inkomen, hoe meer eigen bijdrage iemand moet betalen. Aan gesubsidieerde rechtsbijstand zijn voorwaarden verbonden. ‘Gesubsidieerde rechtsbijstand is er om mensen te helpen die het écht nodig hebben. De Raad kijkt bij het beoordelen van de aanvraag dus ook naar de reden waarom u rechtsbijstand vraagt,’ aldus de site van de Raad.

Op 29 april 2014 stemt de Raad voor de Rechtsbijstand in met een door Guus Went aangevraagde toevoeging. Dit betekent dat de raad een deel van de kosten van Wents rechtsbijstand betaalt.

Het conflict tussen Went en de SIM spitst zich onder meer toe op de juridische vraag of de SIM — zoals het bestuur stelt — naar believen over het plaatsen van boeddhistische leraren en hun bezigheden op het portal Simsara.nl kan beslissen, zonder voor het verwijderen van deze leraren en het wereldkundig maken daarvan enige verantwoording — al dan niet in rechte — verschuldigd te zijn.

Went oordeelt dat het bestuursbesluit en de onmiddellijke uitvoering daarvan jegens hem onrechtmatig zijn. Hij stond anderhalf jaar vermeld op Simsara.nl, en heeft daardoor een reputatie opgebouwd. Zijn plotselinge verwijdering en het uitdrukkelijk opzeggen van het vertrouwen, óók in Boersma’s e-mail van 24 juni, werken stigmatiserend. Omdat aan de SIM gezag wordt toegekend, stelt de stichting Went zo in een kwaad daglicht.

Volgens de SIM is zij helemaal vrij zelf te beslissen wie zij wel of niet op de website plaatst. Kiest Went voor een juridische procedure, dan is de SIM volgens het bestuur verplicht via een verklaring op Simsara.nl volledig openheid van zaken te geven. Vanaf dat moment moet het bestuur de donateurs via het web voortdurend op de hoogte houden van de ontwikkelingen. Wat het effect daarvan op zijn toekomstige bezigheden is moet Went volgens de SIM zelf beoordelen. Het SIM-bestuur behoudt zich bovendien het recht voor de eigen verklaring dat de term ‘grensoverschrijdend gedrag’ te beladen en niet van toepassing is te herroepen.

De redactie van • open boeddhisme • bood verschillende, rechtstreeks betrokken personen gelegenheid te reageren. Hans Gijsen en het SIM-bestuur maken hiervan geen gebruik ‘zolang een juridische procedure loopt’. Ook Anneke Seelen en Mirjam Hartkamp zien af van wederhoor. SIM-advocaat Marco de Boer beantwoordt geen vragen ‘vanwege zijn beroepsgeheim’. Woordvoerder Henk Barendregt gaat niet op vragen in omdat de kwestie volgens de Mettavihari Heritage Sangha ‘niet zo interessant’ is.

Update 29 augustus 2014
Volgens de website Simsara.nl heeft de SIM nog een bestuurslid: Pieter Snijders-Mulder. Deze stond van 23 augustus 2011 tot en met 22 september 2013 als bestuurslid ingeschreven in het Handelsregister. De website Vipassana-nederland.nl van de Mettavihari Heritage Sangha toont sinds kort de volgende waarschuwing: ‘Aan deze site wordt gewerkt en is nog niet toegankelijk voor het publiek. Dat er nu al iets zichtbaar is wordt veroorzaakt door mijn onkunde. Uit de nu al zichtbare inhoud kunt u beter nog geen conclusies trekken over het uiteindelijk resultaat. De sitebeheerder.’

‘De Veertien’
• De Stichting Inzichts Meditatie (SIM, opgericht: 16 september 1998) is de opvolger van de Stichting Jonge Boeddhisten Nederland (1978-1999) die retraites onder leiding van de Thaise monnik Mettavihari († 2007) organiseerde.
• Op 28 oktober 2006, kort voor zijn overlijden, ‘kwalificeerde’ Mettavihari 14 Nederlandse leerlingen als vipassana leraar en als ‘opvolger’. In de nieuwsbrief SIMsara (Januari 2007) merkt Ank Schravendeel dit aan als ‘transmissie van het leraarschap’.
• De gemiddelde leeftijd van de 14 leraren is nu ruim 62 jaar. Twee van hen zijn ouder dan 80, acht van hen ouder dan 60. De jongste leraar is Joost van den Heuvel Rijnders: 38 jaar.
• In 2006 gaf Mettavihari hen onder meer de volgende aanwijzingen: ‘Stel niet als eis aan mensen dat zij boeddhist moeten worden, of de vijf leefregels op zich moeten nemen. Meditatoren hoeven niet ergens aan te voldoen vooraf’. De vijf leefregels zijn: niet doden, niet stelen, niet liegen, geen seksueel wangedrag, geen bedwelmende middelen.
• Vipassana onderricht moet volgens Mettavihari gegeven worden op basis van dana (vrijgevigheid), leraren moeten hun eerste leraar — in dit geval vaak Mettavihari zelf — respect tonen.
• Sinds 2006 werken ’De Veertien’ aan richtlijnen die afwisselend met Handleiding leraar Vipassana in de Tipitaka-traditie, Handleiding voor Vipassana leraren in de Nederlandse Mahasi Sayadaw traditie en Samenvatting Handleiding Leraren Vipassana Meditatie worden aangeduid.
• Binnen ’De Veertien’ bestaat een Raad van Acht: ‘om het niveau van de leraren te bewaken en eventuele conflicten te beslechten.’ De raad is een gesloten gezelschap: ‘De nieuwe leraren maken deel uit van de grotere groep leraren, en niet van de groep van acht.’
• Nieuwe leraren moeten worden gevraagd: ‘Men wordt in onze traditie niet leraar door zelf te solliciteren, maar doordat een of meerdere leraren hem/haar hierom verzoeken en hem/haar na zijn toestemming voordragen.’
• De Raad van Acht besluit over de benoeming ’volgens het principe van consent en gebaseerd op de Handleiding voor Vipassana leraren in de Nederlandse Mahasi Sayadaw traditie.’ De Raad kan zo’n benoeming ook weer intrekken.
• ‘Indien iemand zonder goedkeuring van een gekwalificeerde leraar zelf als Vipassana leraar aan de slag gaat, kan hij/zij niet melden dat hij/zij binnen onze Nederlandse Vipassana gemeenschap gekwalificeerd is,’ aldus de Samenvatting (19 september 2010).
• Over Mettavihari’s voorschrift over vrijgevigheid meldt de handleiding: ‘De leraar legt uit dat hij het onderricht geeft zonder (bv. geldelijke) tegenprestatie, of maakt duidelijk dat hij goede redenen heeft om hier op uiterlijke wijze (maar niet qua motivering) van af te wijken.’
Guus Went
• Guus Went (1952) komt in 1980 via Henk van Voorst (1953) en Mettavihari († 2007) in aanraking met vipassana meditatie en het theravada boeddhisme.
• In 1982 wordt hij leerling van de Nederlandse monnik Dhammawiranatha (1953).
• Mettavihari en Dhammawiranatha woonden begin jaren ’70 beiden boeddhistische bijeenkomsten bij op de Thaise ambassade in Den Haag, later ontstond tussen hen verwijdering en zelfs animositeit.
• Went leeft van 1990 tot 2001 in het klooster Ehipassiko en het Boeddhayana Centrum van Dhammawiranatha, eerst als monnik (1990-1994), later als stafmedewerker.
• In december 2001 dwingt Went, samen met anderen, Dhammawiranatha tot het afleggen van de monnikspij, onder meer vanwege jarenlang seksueel grensoverschrijdend gedrag.
• Vanaf 2007 neemt Went deel aan langere retraites bij achtereenvolgens de Engelse monnik Bhante Bodhidhamma en de Duitse monnik U Vivekananda.
• Daarnaast volgt Went retraites van twee maanden in Birma, bij de Birmese leraar U Pandita.
• Sinds 2011 begeleidt Went vijfdaagse vipassana-meditatieretraites, vooral gericht op beginners.
• Vanaf januari 2012 vermeldt de Stichting Inzichts Meditatie op zijn verzoek Guus Went als leraar op de lijst op Simsara.nl.
• In 2012 en 2013 kondigt de SIM via Simsara.nl acht meerdaagse retraites onder leiding van Went aan.
• Voorjaar 2013 verschijnt in de SIM-nieuwsbrief Wents artikel ‘Terug naar Mahasi Sayadaw: een retraite bij U Pandita’ (SIMsara, mei 2013).
• Op 25 mei 2013 woont Went de oprichtingsbijeenkomst van de ‘Dhamma Commissie’ van de Stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland’ bij.
• Op 19 juni 2013 zegt voorzitter Hans Gijsen namens het bestuur van de Stichting Inzichts Meditatie het vertrouwen in Went op.
• Op 13 november 2013 schrijft dezelfde Gijsen, dit keer als bestuurslid van Stichting Meditatie en Studie Centrum ‘Vipassana Nederland’, dat Went niet welkom is tijdens de volgende vergaderingen van de Dhamma Commissie (23 november 2013), zolang zijn klacht tegen het SIM-bestuur niet afgehandeld is.

Geef een reactie