• onafhankelijk • onderzoekend • opiniërend •

Phuntsok Chö Ling: € 500.000 in drie dagen

Lama Jigmé Namgyal

De Tibetaans boeddhistische stichting Phuntsok Chö Ling (KvK-nr. 24370227) wil in drie dagen tijd, vóór 1 december 2013, zeker € 500.000 aan extra giften en leningen ophalen. Dit bedrag komt bovenop eerdere toezeggingen van bij elkaar € 467.041. Zo helpen donateurs en investeerders het Naropa Instituut in Cadzand te behouden, zegt het PCL, en is hun bijdrage ‘van nut voor vele mensen.’ Zij moeten zelf nagaan of de bedachte fiscale constructies houdbaar zijn. PCL-projectleider Eelco Thiellier schat de kans van slagen op 50%.

Het Rotterdamse centrum Phuntsok Chö Ling (PCL) probeert binnen drie dagen ruim € 500.000 aan ‘donaties’ en ‘investeringen’ bij elkaar te krijgen. De gevers en kredietverstrekkers moeten zelf, vóór 1 december 2013, nagaan of de door PCL voorgestelde financiële en fiscale constructies ook de goedkeuring van de Belastingdienst wegdragen. Het hoofd van PCL, Lama Jigmé Namgyal, spoort zijn aanhang aan voor de aankoop van het Naropa Instituut een eerste financiële verplichting van bijna € 1 miljoen aan te gaan.

PCL schreef ‘geïnteresseerden’ en ‘relaties’ op 27 november 2013 om 22.25 u. per e-mail ‘toch nog een laatste keer [te] willen vragen om opnieuw te kijken of je ruimte hebt om een bijdrage te kunnen leveren voor het behoud van het Naropa instituut te Cadzand.’ Het ‘project Cadzand’ verkeert namelijk in een ‘cruciale fase’, aldus het centrum.

Uiterlijk 1 december 2013 moet de huidige eigenaar, het Tibetaans Instituut in België, een ‘goed voorstel’ zijn gedaan. Projectmanager Eelco Thiellier (strategisch adviseur bij NPC, Royal HaskoningDHV) van Projectteam Cadzand zegt dat het tot nu toe  € 467.041 heeft opgehaald. Volgens de site is € 975.000 nodig om op die datum een bod te kunnen uitbrengen op het vastgoed in Cadzand. Tegenover de Provinciale Zeeuwse Courant (26 november 2013) schat Thiellier de kans van slagen op 50%.

’Als het niet lukt om meer eigen vermogen te verzamelen door middel van schenkingen/donaties of leningen, voor aankomende zaterdag, kunnen we niet tot een reëel voorstel komen voor de koop van het Naropa Instituut,’ aldus PCL.

‘Fiscaal aantrekkelijk’

PCL heeft het in de wervingsmail aan zijn ‘relaties’ en op de website over een ‘fiscaal aantrekkelijke manier’ aan om Cadzand mee helpen te financieren. Het projectteam omschrijft twee mogelijkheden: het doneren/schenken van geld en/of het aanbieden van een onderhandse lening met periodieke gift. Wordt de laatste optie gekozen dan is het lidmaatschap van de stichting noodzakelijk, aldus de PCL-site. Dat is onmogelijk: PCL is een stichting, stichtingen kennen donateurs en geen leden. Omdat PCL de status van ANBI (Algemeen Nut Beogende Instelling) heeft, geeft de fiscus onder voorwaarden een deel van de schenking/donatie en/of gift terug.

De onderhandse lening met periodieke gift ziet PCL als een ‘fiscaal vriendelijke combinatie van een lening en een schenking’. PCL voert hiervoor als argument niet nader genoemde stichtingen op. ANBI-stichtingen ‘hebben met deze aanpak in korte tijd een mooi bedrag aan vermogen weten op te bouwen welke voor een goed doel ingezet kon worden. Wij denken dat dit ook past bij onze doelstelling voor Cadzand en Phuntsok Chö Ling.’

PCL heeft voor het project Cadzand twee vrijwaringsclausules (disclaimers) opgesteld die gelden tot het moment dat de notaris de PCL-aanpak heeft goedgekeurd. Het is onduidelijk welke geldt. De ene in de e-mail luidt: ‘Alle toezeggingen (donaties, investeringen of vrijwilligerswerk) komen te vervallen als de aankoop niet doorgaat of als blijkt dat bij de uiteindelijke toets door de notaris belangrijke wijzigingen zijn’. De andere op de website is: ‘Toezeggingen (donaties, investeringen of vrijwilligerswerk) komen te vervallen als de aankoop niet doorgaat.’

PCL raadt schenkers, donateurs en geldschieters aan vóór 1 december 2013 de voorstellen zelf te onderzoeken, te rade te gaan bij de eigen belastingadviseur en/of de Belastingdienst.

‘Zodat je ervan verzekerd bent dat er geen verrassingen zijn bij de uiteindelijke vaststelling van de aangifte’, is het PCL-advies op de website.

Het Tibetaans Instituut in Schoten (België) koopt het vastgoed in Cadzand op 16 december 2004 voor € 394.250. De huidige vraagprijs is € 975.000. Het Tibetaans Instituut wil met de opbrengst een nieuw retraitecentrum in Huy (België) laten bouwen.

Volgens de PCL-site sluit het Naropa Instituut zomer 2014 de deuren ‘door het overlijden van Lama Karta’. Het Naropa Instituut zelf voert andere redenen aan: de retraite-doelstelling is niet gehaald; de concentratie van onderricht en retraites in Huy levert meer efficiëntie en kostenvoordelen op; de verhuur vormt voor de organisatie en vrijwilligers geen kerntaak.

Phuntsok Chö Ling (opgericht: 2004) staat onder leiding van de Tibetaan Lama Jigmé Namgyal (1973). Lama Jigmé groeide op als kind van nomaden in Oost-Tibet. Vanaf 1992 verbleef hij in het explosief groeiende ‘volksklooster’ Larung Gar. Toen de Chinese overheid de bezetting van Larung Gar in 2001 terugbracht van 8.000 tot 1.400 personen en verlaten, illegaal verklaarde bouwwerken begon te slopen, vertrok Lama Jigmé naar Europa. Daarna stichtte hij hij in Luxemburg en Rotterdam zijn eigen boeddhistische centra. Aan de bijeenkomsten in Rotterdam wordt deelgenomen door enkele tientallen personen. Het Rotterdamse centrum biedt plaats aan hooguit 60 bezoekers. Lama Jigmé spreekt Tibetaans, zijn beheersing van het Engels is beperkt.

PCL is aanmerkelijk kleiner dan het Tibetaans Instituut, en beschikt over veel minder vrijwilligers. De PCL-nieuwsbrieven uit 2013 tonen aan dat het centrum in Rotterdam nu al vrijwilligers tekort komt. Het ‘groepje vrijwilligers is ‘aan de kleine kant’, het ‘evenemententeam blijft ‘de laatste tijd steeds vaker met open plekken zitten’ (Nr. 1, januari 2013).

Ook Lama Jigmé toont zijn frustratie: ‘In het verleden had Phuntsok Chö Ling een transcriptiegroep die mijn teaching uittypte. Helaas gebeurt dit niet meer, terwijl het juist zo belangrijk is. We kunnen zoveel meer met mijn teachings, bijvoorbeeld een boek maken of teksten verzamelen voor verschillende klassen. Bij andere centra worden direct de teachings van de lama’s vertaald, maar binnen Phuntsok Chö Ling zie ik dat niet, hoe kan dat? Denk mee hoe we samen het transcriberen kunnen ontwikkelen. Sommigen van jullie hebben kwaliteiten om te transcriberen, maar als er geen acties komen zullen mijn teachings blijven liggen’ (Nr. 3, maart 2013).

Lama Jigmé hinkt sinds 2012 duidelijk op twee gedachten. Hij pleit én voor kleinschaligheid, én voor grootschaligheid. Ook laat hij duidelijk uitkomen dat hij als boeddhistisch leraar elders terecht kan: ‘Vorige keer zei ik al dat ik op verschillende plekken in de wereld een centrum zou kunnen openen. Maar ik streef naar kwaliteit en niet naar kwantiteit’, aldus Lama Jigmé.

Ik ken genoeg andere lama’s die meerdere centra hebben, maar er is geen persoonlijk contact mogelijk met hun studenten, er is geen tijd om hen individueel te supporten en geen gelegenheid voor een leerling voor een consult. Kijk maar naar grote organisaties, waar 500 of meer mensen naar een teaching komen, daar is vaak geen gelegenheid tot het stellen van vragen aan een leraar. Ik vertel dit niet uit mijn ego. De bedoeling van deze mededeling is dat jullie onze persoonlijke relatie leren herkennen.’

Hij vraagt zijn leerlingen nadrukkelijk gebruik te maken van zijn aanwezigheid: ‘Gebruik de tijd die we samen hebben nuttig. Verdiep je studie en je meditatie, stel vragen over je persoonlijke pad, nu heb je daar de gelegenheid voor en bied ik jullie ook deze mogelijkheid. Jullie krijgen momenteel wel die kans, dus vraag ik je om die tijd zo efficiënt en optimaal te gebruiken’ (Nr. 5, mei/juni 2013).

Retoriek

PCL zoekt al langer naar een groter pand. De retoriek waarmee Lama Jigmé dit streven onderbouwt, verandert echter voortdurend. December 2012 lanceerde de lama zijn idee in het voormalig RK-klooster aan het Marconiplein in Rotterdam (vraagprijs: circa € 2.000.000) een Instituut van Duurzaamheid, Vrede en Compassie te vestigen. Daar zouden ‘wonen, werken en spiritualiteit’ onder één dak moeten worden gebracht: wooneenheden, kantoren, educatieruimten, biologisch restaurant, kinderopvang en een wijkcentrum. 

Volgens de PCL-folder moest dit multifunctionele instituut ‘dé vestigingsplek in Rotterdam voor zzp’ers, bedrijven en organisaties die actief zijn op het gebied van duurzaamheid en spiritualiteit’ worden. Daarmee zou PCL ‘op sociaal en maatschappelijk gebied een essentiële bijdrage leveren aan het welzijn van de Rotterdamse gemeenschap en omgeving’.

Toen PCL op 25 augustus 2013 voor het eerst openlijk belangstelling voor het Naropa Instituut toonde schreef Lama Jigmé: ‘Om de groei te kunnen faciliteren van ons centrum is Phuntsok Chö Ling op zoek naar nieuwe huisvesting. We kunnen dan meer studieklassen, workshops en retraites aanbieden.’ Hij vervolgt: ‘Het programma in Rotterdam blijft gewoon zoals het nu is en zal niet veranderen. Het Naropa Instituut komt er dan bij, zodat we een eigen retraite plek krijgen, met daarbij de verhuur voor andere organisaties in lijn met het programma zoals het nu is in Cadzand.’

‘Voor de langere termijn is de bedoeling om dit centrum verder door te ontwikkelen en daarmee middelen te generen waarmee we over een aantal jaren ook in Rotterdam een nieuwe definitieve locatie kunnen kopen,’ aldus Lama Jigmé.

Nu staan het behoud van het Naropa Instituut, het belang van vrijgevigheid en de wensen van Lama Karta centraal. Lama Jigmé zegt daarover in een videoboodschap (11 november 2013): ‘Dit is een goede plek voor mensen die echt een hartsconnectie met het boeddhisme en meditatie hebben. Niet op een oppervlakkige manier, zoals in de stad.’

Hij benadrukt de voordelen van vrijgevigheid: ‘We willen allemaal meer geld en het zelf houden. Maar daar profiteer alleen jijzelf en je directe familieleden van. Dit project heeft voordelen voor je eigen landgenoten en voor de komende generaties. De volgende generatie kan deze dingen dan ook leren. Als je je dat echt realiseert is dit een hele goede mogelijkheid om iets te doen. Mensen die geld hebben kunnen dan hun eigen landgenoten helpen. Dat is erg mooi en logisch vind ik. Jullie zijn hier opgegroeid. Ook hier is goed en slecht. Dan kun je iets doen voor je eigen mensen. En kun je zelf komen kijken wat er met je geld gebeurt, dan hoef je niet te twijfelen. Als dit succesvol wordt dan kunnen duizenden mensen er in de toekomst voordeel van hebben. Dan is je geld erg goed besteed.’

Volgens Lama Jigmé vervullen donateurs en investeerders niet alleen zíjn wens, maar ook die van Lama Karta († 2013): ‘Lama Karta heeft dit ooit gekocht en hij vertelde me dat hij iets wilde doen wat van voordeel zou zijn. Hij wilde graag een algemeen instituut oprichten, daarom zit het woord ‘instituut’ ook in de naam. Hij wilde graag de Oosterse en Westerse kennis samenbrengen. Ik weet zeker dat zijn studenten en ook hijzelf erg blij zouden zijn als wij dit instituut kunnen voortzetten. Daar ben ik 100% van overtuigd. Dan kunnen wij zijn wensen waarmaken en de waarden die hij voorstond verder ontwikkelen.’

Verhuur en permanente bewoning
• Verhuur en permanente bewoning van het instituut in Cadzand zijn beperkt mogelijk. Volgens het bestemmingsplan is de locatie ‘uitsluitend’ bestemd voor religieuze en levensbeschouwelijke activiteiten en bijeenkomsten.
• Er is volgens de gemeente niet meer dan één dienstwoning toegestaan, ‘voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein’. Of een driejarige retraite, bijvoorbeeld, ook als ‘permanente bewoning’ zal worden aangemerkt is niet duidelijk.

Tijdelijke bouw, afgelegen locatie
• Voorzitter Anca Ansink en secretaris Hans Gijsen van de stichting Meditatie- en Studie Centrum ’Vipassana Nederland’ tonen zich opvallend negatief over de lokatie in Cadzand. Ook zíj streven naar een eigen retraitecentrum, gericht op beoefenaars van vipassana en shamatha meditatie. Ansink en Gijsen spreken zich uit over Cadzand tijdens een ‘vriendendag’ van ‘Vipassana Nederland’ (26 oktober 2013)
• Gijsen benadrukt dat de gebouwen van het voormalig asielzoekerscentrum een tijdelijke functie hebben. Het duurzaam maken ervan vergt volgens hem enorme investeringen, ‘tenzij je een aantal gebouwen met de grond gelijk maakt, maar dat kost ook geld.’ Hij vindt € 800.000 of € 900.000 niet goedkoop, omdat het onderhoud en duurzaam maken van de gebouwen daarbij moet worden opgeteld. Ansink beantwoordt de opmerking dat de lokatie van het huidige Naropa Instituut heel erg mooi is met nauw verholen spot: ‘Als je er eenmaal bent, hè?’ Gijsen beaamt dat: ‘Ik ben het helemaal met je eens.’
• Tijdens de vriendendag op 26 oktober komt ook naar voren dat het moeilijk is mensen te vinden die zich permanent in een retraitecentrum willen vestigen. Ansink zegt nog nooit iemand te hebben ontmoet die dat wil. Daarop antwoordt Dingeman Boot (oud-voorzitter Stichting Inzichts Meditatie): ‘Ik wel. Eentje dan.’ Hij denkt dat het er meer zijn: ‘Ik denk als de gelegenheid er is dat er zich vanzelf mensen aandienen.’
• Ook die vaststelling ontlokt Ansink een spottend antwoord: ‘Er zijn erg veel mensen die tegen ons zeggen, in allerlei formele en informele settings: “Hartstikke leuk idee, en als die tent er staat dan kom ik graag meedoen.” Maar ja, daarvoor is ook al van alles nodig: Juist mensen die de moed hebben om zich in te zetten voor iets wat er eigenlijk nog helemaal niet is. Als er een gebouw staat en er is een infrastructuur en een plan, dan hebben we veel meer enthousiastelingen opeens!’

Geef een reactie