• onafhankelijk • onderzoekend • opiniërend •

‘Omgang met niet-boeddhisten verfrissend’

Stephen Batchelor 2

‘Het is verfrissend met mensen om te gaan die geen enkele belangstelling voor boeddhisme hebben. Sterker, ik vind het van groot belang dat we niet in boeddhistische ‘getto’s’ leven’.

Dit constateert Stephen Batchelor in een uitgebreid interview met • open boeddhisme •.

Batchelor was in Nederland vanwege een retraite én omdat hij op het SIMposium van de Stichting Inzichts Meditatie (SIM) op 3 november 2012 in Leiden sprak. Hij hield daar een lezing over het thema ‘Sangha’.

In het interview spreekt Batchelor vrijuit over de vertaling van het boeddhisme naar onze tijd, en over ‘seculier boeddhisme’ en het proces van institutionalisering.

Daarnaast gaat hij uitgebreid in op de omgang van boeddhisten met niet-boeddhisten, én op de nadrukkelijke aanwezigheid van het Tibetaans boeddhisme in het Westen.

Hij stelt vast dat boeddhistische koepelorganisaties in Europese landen overal dezelfde groepen uitsluiten. Zelf meent hij dat sangha’s zich moeten richten op inclusiviteit.

Landelijke koepelorganisaties

Batchelor wijst erop dat het boeddhisme in Europa een kleine religieuze minderheid zonder veel geld is.

Landelijke koepelorganisaties kunnen hooguit enkele mensen in dienst nemen, en zijn weinig representatief.

‘De meeste unies staan onder leiding van hetzelfde soort groepen’, zegt Batchelor. De nationale koepels in landen als België, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Italië en Groot-Brittanië vormen voor hem dan ook geen goede afspiegeling van de boeddhistische gemeenschap.

Voorgeprogrammeerd

Hij legt een rechtstreeks verband tussen de institutionalisering van boeddhisme, de vorming van landelijke koepelorganisatisch, hun toelatingsbeleid en besluitvorming, én de nadrukkelijke aanwezigheid van het Tibetaans boeddhisme in het Westen.

Op basis van zijn ervaringen in het buitenland en met de European Buddhist Union (EBU) signaleert Batchelor meerdere problemen die in de door hem beschreven dynamiek zijn voorgeprogrammeerd.

Uitsluiten

Zo stelt Batchelor vast dat alle door hem genoemde nationale koepels dezelfde boeddhistische groepen uitsluiten: de New Kadampa Tradition, Sokka Gakkai, en aanhangers van S.N. Goenka.

Eén reden daarvoor is, zegt Batchelor, ‘dat hun stem te veel gewicht in de schaal zou leggen. Er zijn er gewoon te veel van.’

Dalai Lama

Een andere reden is dat deze landelijke boeddhistische unies zich primair laten leiden door Tibetaans boeddhisten die zich exclusief naar de opvattingen van de Dalai Lama richten.

Batchelor verklaart de dominantie van Tibetaans boeddhisten binnen deze koepelorganisaties voor een deel vanuit het feit dat zij in ballingschap leven.

Diaspora-cultuur

‘Tibetanen leven in een diaspora-cultuur en hun identiteit wordt bedreigd. Dit brengt met zich mee dat het Tibetaans boeddhisme sterk op zelfbehoud is gericht. De Tibetaanse retoriek dat hun vorm van boeddhisme sinds de tijd van de Boeddha ongewijzigd is doorgegeven, komt daar nog eens bovenop,’ aldus Batchelor.

Volgens hem hebben Tibetaans boeddhistische groepen daardoor uitgesproken opvattingen over wat boeddhisme is en wat niet.

‘Ze zijn vaak nauwelijks bereid boeddhisten die niet aan hun beeld van boeddhisme voldoen als boeddhist te erkennen. En veelal zijn zij degenen die het binnen nationale koepelorganisaties voor het zeggen krijgen,’ aldus Batchelor.

Vreemd

In Batchelor’s ogen is de Nederlandse situatie niet uniek; deze vindt haar evenbeeld in andere Europese landen.

Hij vindt het vreemd dat de BUN individuele, niet-georganiseerde boeddhisten als lid weigert op te nemen.

Wat hem betreft staat dit beleid op gespannen voet met de traditionele leer over de pratyekabuddha, die naar verlichting streeft in een tijd waarin geen boeddha’s aanwezig zijn.

Batchelor vertaalt de traditionele typologie van de shravaka, pratyekabuddha en bodhisattva als een typologie die drie soorten persoonlijkheden onderscheidt: respectievelijk de discipel, de einzelgänger en de altruïst.

Discipelen

‘Boeddhistische instellingen worden veelal gedomineerd door shravaka’s, discipelen. Een discipel onderwerpt zich per definitie aan het gezag van anderen, meestal een belangrijke boeddhistische leraar. In zekere zin zijn shravaka’s het minst mondig. Het zijn degenen die volgen, luisteren, gehoorzamen, het fundament waarop religies rusten.’

Volgens Batchelor breken de pratyekabuddha en de bodhisattva met dit model. ‘De pratyekabuddha’s zien zichzelf misschien niet eens als boeddhist, maar ze belichamen wel boeddhistische deugden, kwaliteiten en inzichten. Net zo zijn bodhisattva’s degenen die hun leven aan het welzijn van anderen wijden, óók wanneer zij dat buiten een boeddhistisch raamwerk doen.’

Secularisme

Zelf lanceerde Batchelor dit jaar in Tricycle Magazine en het Journal of Global Buddhism het begrip ‘seculier boeddhisme’.

In het interview legt hij uit waarom de etiketten ‘religie’ en ‘religieus’ hem niet aanspreken: ‘Wie het boeddhisme als religie aanmerkt, beperkt het aantal mogelijke interacties tussen boeddhisten en de rest van de samenleving te veel’.

Ook vindt Batchelor dat de boeddhistische filosofie en beoefening de beperkingen van het begrip ‘religie’ overstijgen.

‘Ik betreur het dat de uitwisseling tussen het boeddhisme en andere zienswijzen zich vooral tot religies beperkt. Zo houd je alleen de interreligieuze dialoog over’, zegt hij.

Niet reduceren

In zijn boeken gebruikt hij, als hij het heeft over boeddhistische deugden, een taal die niet vooronderstelt dat ‘we het over een religie hebben’. Nuttig zouden de woorden agnostisch, atheïstisch, seculier, humanistisch, naturalistisch kunnen zijn.

Batchelor: ‘Maar er is er niet één waaraan ik speciaal gehecht ben. Sterker, ik denk dat het een nieuwe beperking zou opleveren wanneer ik het boeddhisme tot een van deze termen zou reduceren.’

Marketingtruc

Het meest gecharmeerd is hij echter toch van ‘seculier’ gezien de weerklank die dit oplevert.

De term ‘agnostisch’ sprak maar een paar mensen aan, zegt hij. ‘Het woord ‘atheïst’ gebruikte ik eigenlijk alleen als marketing-truc: wie mijn boek Bekentenis van een boeddhistisch atheïst leest, zal zien dat ik over atheïsme niets te zeggen heb.’

Niet-theïsten

Hij wilde tijdens de publicatie van het boek het boeddhisme presenteren als een spiritueel pad dat ook begaanbaar is voor niet-theïsten.

‘Zo weersprak ik tegelijk dat de vragen die het boeddhisme opwerpt, het atheïsme vreemd zouden zijn. Dat het boeddhisme zelf atheïstisch is, is een open deur. De woorden die ik kies, zijn dus in feite gereedschappen. Zodra ik bepaalde woorden gebruik gebeurt er iets, en ik houd dan een tijdje in de gaten welke kant dat opgaat.’

Bonhoeffer

Batchelor herleidt zijn eigen gebruik van het begrip secularisme tot de Duitse theoloog Dietrich Bonhoeffer, die zijn verzet tegen het nazi-bewind met de dood moest bekopen.

Bonhoeffer betwijfelde of religieuze instellingen zoals de kerk tot werkelijke onbaatzuchtigheid in staat zijn.

Batchelor: ‘Die kritiek kan ook op boeddhistische instellingen worden geuit. Zij maken hun liefde en mededogen luidruchtig kenbaar, maar hun institutionele structuren getuigen vaak van dogmatisme en eigenbelang en een neerbuigende houding tegenover andersdenkenden. Voor mij vormt dat de schaduwzijde van al te religieuze perspectieven.’

Hij wijst op de risico’s van institutionalisering, en waarschuwt dat ook termen als ‘seculier’ en ‘secularisme’ in dogma’s kunnen veranderen.

Getto’s

Batchelor woont in La Sauve in Frankrijk. In dat dorp zijn ‘in geen heinde en verre boeddhisten’ te bekennen. Hij is opgenomen in de familie van zijn Franse vrouw Martine, die verder geen boeddhisten telt. Zijn beste vrienden in het dorp zijn ook geen boeddhist.

‘En dat vind ik erg prettig. Het is verfrissend met mensen om te gaan die geen enkele belangstelling voor boeddhisme hebben. Sterker, ik vind het van groot belang dat we niet in boeddhistische ‘getto’s’ leven.’

Sangha’s

Batchelor heeft duidelijke opvattingen over sangha’s en hun rol in het boeddhisme.

In zijn ogen fungeren sangha’s te vaak als een ‘veilige boeddhistische haven waarin je je terugtrekt uit interacties met degenen die samen de rest van de samenleving vormen.’

Isolement

Het boeddhistische jargon en het stereotype beeld dat niet-boeddhisten van hen hebben kunnen boeddhisten makkelijk in een isolement plaatsen.

Om die afzondering te doorbreken ging Batchelor gevangeniswerk doen. Het bracht hem in contact met niet-boeddhisten die een volstrekt andere opleiding en sociale achtergrond hadden.

‘Ik stak enorm veel op van dat werk. Het was voor mij een waardevolle ervaring omdat het me dwong mijn boeddhistische theologie te vertalen in een eenvoudige, directe taal die ook gedetineerden zonder enige opleiding konden begrijpen.’

Inclusiviteit

Hij pleit ervoor dat iedere sangha zich zou moeten kenmerken door inclusiviteit.

‘Maar ook inclusiviteit wordt begrensd door bepaalde criteria. Vanuit boeddhistisch perspectief is het duidelijk: wijd je leven aan de Boeddha, dharma en sangha dan hoor je erbij. Doe je dat niet, dan is er geen redenen je op te nemen. Sluit je met je criteria ook niet-boeddhisten in, dan wordt het betekenisloos.’

Lees ook

> Interview – Volledig interview met Stephen Batchelor (3-11-2012)

(Tip: U kunt het gehele interview onderaan de pagina downloaden als af te drukken pdf.)

Luister ook

SIM – Stephen Batchelor over de sangha (3-11-2012)
SIM – Martine Batchelor over de sangha (3-11-2012)

Kijk ook

BOS – Portret Stephen en Martine Batchelor (20-4-2008)
Stephen Batchelor: The Art of Imagining (4-10-2008)

Geef een reactie